Peter Vogel had nog nooit in zijn leven een geit gehad. Op zijn 35ste kocht hij een geitenbedrijf omdat het op z’n pad kwam. Zijn onbekendheid met de sector zit hem geenszins in de weg. Hij boert dynamisch, zoals hij het noemt, en wil de duurzaamste kaas en zuivel van Nederland maken.
De 27 meter brede grijze gevel van de kantoorruimtes en geitenstal in Velddriel doet imposant aan. Peter Vogel (45) komt energiek aanlopen en begint direct te praten. Als een waterval. Later, als we in de geitenstal lopen, praat hij nog steeds graag. Trots vertelt hij dat de geiten allemaal in één grote groep lopen, en zo rustig zijn. Dat klopt. Een groter contrast tussen dieren en eigenaar is nauwelijks voor te stellen.
Agriturismo als voorbeeld
De rust onder de dieren is een van de dingen die Vogel voor ogen had toen hij dit bedrijf in handen kreeg, evenals het maken van een product onder eigen merk. “Mijn vrouw Anja en ik gaan al jaren in de Alpen in Oostenrijk en Italië op vakantie. We genieten daar altijd van het agriturismo, het verblijf op kleinschalige boerderijen met toerisme als neventak. Dat hebben we geprobeerd als voorbeeld te stellen voor ons bedrijf. Het grote staat ons niet aan, we willen liever kleinschalig zijn en mensen op de boerderij ontvangen”, aldus Vogel.Samen met bedrijfsleider Stefan van Eck heeft hij zich tot doel gesteld om met 750 melkgeiten een inkomen te genereren, zelf een product te ontwikkelen, diervriendelijk te boeren en het milieu zo min mogelijk te belasten. Dat laatste is voor Vogel vanzelfsprekend. Hij heeft een bouwbedrijf, waarmee hij sinds hij geiten is gaan melken in 2015, voornamelijk advieswerk verricht. “In de bouwwereld werken we al jaren met lean green, CO2-ladders en dat soort zaken. Ik denk dat dat ook in de agrarische sector komt.” Dus gebruikt het bedrijf geen fossiele brandstof, is het energieneutraal en stoot het geen CO2 uit door machines. “We hebben geen trekker meer, maar een elektrische loader, er liggen zonnepanelen op het dak en de warme lucht uit de stal gebruiken we om andere ruimtes te verwarmen.”
Ook duurzaam in voer
Vogel trekt de duurzame manier van boeren verder door. De stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij, er is een zoönose-certificaat en de gezondheidsstatus is van het hoogste niveau. Daarnaast betrekt de ondernemer het gras dat hij voert uit de buurt. “We kopen wikkelpakken in. Het gras komt niet verder dan 35 kilometer hiervandaan, veelal uit de uiterwaarden van de Waal, Rijn en Lek.” Krachtvoer laat de ondernemer brengen door Geurts mengvoeders. “Daar kunnen ze de brok zelf samenstellen en zo ook rekening houden met de ingrediënten om het zo duurzaam mogelijk te doen.”Op dit moment praat Vogel met een akkerbouwer uit de buurt over het afnemen van tarwestro. Verder is hij bezig met proeven om geitenmest op te mengen met paardenmest, in de hoop dat de champignoncompostfabriek die om de hoek zit, de mest kan afnemen.
Actief boeren
De geiten eten graag van het gras dat op de voergang ligt. Stefan van Eck zorgt ervoor dat er van minimaal twee partijen tegelijk gevoerd wordt. Het Van der Pas-voerstation kan drie broksoorten voeren. Boven in de stal hangt een stroverdeler aan een rail. Elke zes weken wordt er melk geschept en zijn de liters en gehaltes van alle geiten bekend. Vervolgens stelt de bedrijfsleider navenant de melkgift en conditie de krachtvoergift vast. “Wij willen niet boven de 57 kilo per 100 kg meetmelk komen, we streven naar 55 kg.” Ook wordt zo het ondereind van de veestapel in beeld gebracht. “Met melkscheppen ga je niet per se verbeteren, maar kun je wel het ondereind van je dieren eruit halen.” Op het moment geven de geiten 1.188 kilo melk gemiddeld met 87 kilo vet en eiwit. Er zijn nog meer gegevens van de dieren vastgelegd. “Wij hebben een actieve manier van boeren”, aldus Vogel. “Wij kennen de vader, de moeder en de productie van elke geit.” De geiten dragen stappentellers. Ze worden deels uit de hand gedekt – waarvoor op dit moment de bewezen bokken Hendrik en Importance en twee proefbokjes klaarstaan – en deels geïnsemineerd. Hendrik staat op plek 4 in de top 100 van Elda en is de tweede nog levende bok op die lijst.“Fokken vind ik zelf een leuke sport”, vertelt Vogel. “Wij zijn een van de nucleusbedrijven van Goat Improvement Company en onze top honderd geiten is nu geïnsemineerd met Canadees sperma.” Het liefst melkt Vogel de geiten een jaar of drie à vier, om ze vervolgens weer te dekken. “Dan kun je wel over duurmelken spreken. We hebben nu ook enkele geiten die op vijfjarige leeftijd voor de tweede keer gedekt worden.”
Félize
Vogel wil dus een product op de markt zetten, en dat niet net als een ander doen. “Daarom gaan we ervoor om de duurzaamste kaas en zuivel van Nederland te maken, onder het merk Félize.” Op dit moment zet Vogel 100.000 liter melk om in Goudse geitenkazen, waaronder ook met kruiden. De truffelkaas won zelfs brons tijdens de Cum Laude kaas-verkiezing.In oktober 2020 startte Vogel de verkoop van de kazen, en binnen drie maanden lagen ze bij 25 delicatessen- en speciaalzaken. Vogel maakt ook yoghurt. “Maar dat is moeilijk. Ik moet minimaal 400 pakken in een keer maken, en die krijgen we nog niet verkocht. We zouden kaas en ook yoghurt aan zeven vestigingen van Van der Valk mogen leveren, maar door corona is dat nog niet tot stand gekomen.”Zelf kaas en zuivel maken past in het droomplaatje dat Vogel uit Italië meenam. Maar met dit aantal geiten is het ook noodzakelijk. “Uiteindelijk willen wij proberen met 750 geiten de kost te verdienen. Een gezinsbedrijf kan daar altijd geld mee verdienen, maar omdat we hier met vreemde arbeid werken, gaat dat niet op. Ik moet er dus producten naast verkopen.” Overigens doet Van Eck 90 procent van het werk bij de geiten en Vogel maakt de kaas en zuivel en doet de in- en verkoop.Op dit moment zit de ondernemer op break-even met deze manier van bedrijfsvoering. “Over twee jaar moeten we er geld mee verdienen. Ik weet zeker dat er een omslagpunt komt dat wij het gaan redden. Daarvoor heb ik wel horeca nodig die ons exclusieve product verkoopt.”
Bokjesprobleem oplossen
Vogel is van mening dat het er niet altijd om gaat of je iets kunt verdienen. Hij neemt de bokjes als voorbeeld. “Je maakt melk, en een bijkomstigheid is dat er een boklammetje komt. Daar kun je misschien niks aan verdienen, of je duikt zelfs onder de kostprijs. Dat moet dan maar uit de melkgeiten komen.”Vorig jaar heeft Vogel op het eigen bedrijf 75 procent van de bokjes zelf grootgebracht. En dat heeft geld gekost. “Het product is te duur. Het kost 14 euro per kilogram en dat ga je voor gehakt niet betalen.” Het is moeilijk, die bokjes, vindt Vogel. Als sector gezamenlijk zou de afzet voor bokjes in het buitenland gezocht moeten worden, denkt hij. Want onder Parijs is het een delicatesse. “Laten we mensen uit de vleessector in Nederland, Frankrijk, Spanje en Italië om de tafel zetten. Die kunnen dan toch een markt creëren?” Vogel zou het niet gek vinden als de paar geitenboeren die zelf al bezig zijn om een markt te zoeken of maken, minder hoeven bij te dragen aan dit sectordoel, en andere bedrijven meer.
Dynamisch
Vogel is trots op zijn bedrijf. “We willen veel bezoekers ontvangen, kaas en zuivel maken en die eigen producten hier gedeeltelijk verkopen.” Op dit moment verzorgt Vogel rondleidingen, maakt een lokale bakker een slofbrood met zijn kaas erin, krijgt hij zo’n twintig bestellingen per week voor de online supermarkt van Puur Betuws en staan er nog meer zaken in de steigers. Ook bouwt de ondernemer een luxe skybox. Op de planning staan nog een nieuwe kaasrijperij, kaasmakerij en zuivelmakerij, een winkel met een stukje horeca, een terras. In het rivierengebied rond het bedrijf in Maasdriel komen per seizoen meer dan 300.000 mensen als toerist. “Wij willen proberen daar een graantje van mee te pikken en naar 10.000 bezoekers per jaar.”