ABAB verwacht dat de kritieke opbrengstprijs in 2022 zal uitkomen op 67,88 euro per 100 kg melk. Die prognose deelde Bart Entius van ABAB gisteravond tijdens een bijeenkomst van studieclub Geitenhouderij Zuid-Nederland.
De kritieke opbrengstprijs is de minimale melkprijs die nodig is om aan betalingsverplichtingen en privé-uitgaven te kunnen voldoen. Dat is dus niet hetzelfde als de kostprijs, de kostprijs ligt op een hoger niveau. “De kritieke opbrengstprijs bedroeg 55 cent per kg melk in 2020, was bijna 59 cent in 2021 en gaat naar verwachting naar bijna 68 cent in 2022. Dat is een stijging van 13 cent in 2 jaar,” aldus Entius. De spreiding tussen bedrijven zal zoals elk jaar groot zijn. In 2020 lag de spreiding van de kritieke opbrengstprijs tussen 40 en 65 cent, bijvoorbeeld. “Gezien deze grote spreiding in de kritieke opbrengstprijs ervaart een toenemend aantal geitenhouders een liquiditeitstekort als gevolg van de sterk gestegen kosten,” ziet Entius.
Vooral voerkosten stijgen hard
Tot 2019 lag de kritieke opbrengstprijs zo rond 50 cent. In 2020 is die gaan stijgen. De voerkosten stijgen momenteel harder dan de kritieke opbrengstprijs, laat Entius in een grafiek zien. ABAB verwacht dat de mengvoerprijs over 2022 op 43 cent per kg uitkomt, al is de voerprijsontwikkeling over het tweede halfjaar van 2022, met de nieuwe oogst op komst, nog zeer onzeker. In 2021 was de mengvoerprijs gemiddeld ruim 33 cent. De krachtvoerkosten in 2022 zet Entius op 32 euro per 100 kg melk. In 2021 bedroegen die 25 euro. Ook de energiekosten en teeltkosten (m.n. kunstmest) zullen naar verwachting in 2022 hoger zijn dan in 2021, evenals loonwerk, personeelskosten en financieringskosten (rente).
Marge positief
De prognose van Entius is dat de marge (gerealiseerde opbrengstprijs minus kritieke opbrengstprijs) in 2022 positief uitvalt, al verwacht hij dat die voor een gemiddeld geitenbedrijf (dat volgens ABAB 1.250 geiten telt) ongeveer 120.000 euro lager uitkomt dan voorgaand jaar. “Voor bedrijven die in de afgelopen jaren een buffer hebben opgebouwd, dreigt er niet direct paniek. Maar voor bedrijven die nog geen buffer hebben kunnen opbouwen, bijvoorbeeld bedrijven die in de jaren 2014-2017 zijn gestart, wordt het krap. Er zijn op dit moment bedrijven die financiering bij de bank moeten aanvragen,” weet Entius.