Bij schapen wel wederzijdse erkenning
Voor de zwoegerziekte-certificering bij schapen nemen GD en NSFO elkaars certificaten wel over. Reinard Everts van NSFO: “Al bijna tien jaar erkennen we elkaars programma en op praktijkniveau werken we goed samen.” Voor geiten-certificeringsprogramma’s is er geen uitwisseling. Volgens Everts geldt voor het zwoegerziekte-programma exact dezelfde systematiek, onderzoek en testen als het CAE-programma. René van den Brom van GD zegt daarover: “Als we een certificaat overnemen, willen we weten hoe het diergezondheidsprogramma in elkaar zit, de kwaliteit van de testen en validatie kennen, en de dierbewegingen kunnen controleren. Daar zit veel handwerk in, of je moet het allemaal digitaliseren. Omdat we van onze geitenklanten hierover geen vragen krijgen, hebben we hierin geen stappen gezet.”Gebroeders Popken heeft hun situatie wel bij GD aangekaart. “In augustus 2022 verkreeg het bedrijf waarvan wij het dier kochten nog vrij-certificaten voor CAE en CL van GD, en in maart zijn zij overgestapt naar de NSFO. Vanaf dat moment hebben zij geen geiten meer aangevoerd. Erkent de GD zijn eigen certificaten niet?” vraagt Popken zich af.“Het is spijtig dat deze houder niet op de hoogte was dat er een risico was voor zijn certificering”, zegt Van den Brom. “GD neemt certificering heel serieus, dat doen we al jaren voor veel gezondheidsprogramma’s, niet alleen van geiten. We gaan daarbij zorgvuldig te werk en kunnen niets door de vingers zien. Dan zouden we de deelnemers van de programma’s tekort doen. Omdat we een klant niet meer in beeld hebben als hij bij een andere partij de certificering regelt, hebben we bijvoorbeeld geen zicht op de aan- en afvoer van dieren. Omdat er geen uitwisseling is tussen de partijen, nemen we het certificaat van een andere partij niet over.” NSFO checkt bij overname van een certificaat en na aanvoer van een geit, de status van het bedrijf waarvan het dier wordt aangekocht op het moment van afvoer. Heeft dat bedrijf de status ‘vrij’, dan is de geit ook vrij. Is de status ‘onverdacht’, dan is de geit onverdacht. “Verder checken we wanneer de status van een bedrijf zou verlopen volgens het over te nemen certificaat. Dat wordt bij ons ook de nieuwe aansturingsdatum.”
Accreditatie van CL-programma
CAE- en CL-certificering zijn niet verplicht, maar lever je melk aan een zuivelonderneming die Kwaligeit hanteert, dan ben je verplicht om iets aan CL te doen. Zowel het CL-certificeringsprogramma dat GD hanteert als dat van NSFO zijn geaccrediteerd voor Kwaligeit. Dat wil zeggen dat het programma aan minimale eisen moet voldoen, en dat een externe partij dat beoordeelt, in dit geval Wageningen Bioveterinary Research (WBVR). WBVR heeft beide programma’s dus goed bevonden. De eisen gaan met name over de gebruikte test en het resultaat daaruit, het tijdig en met de juiste frequentie insturen van bloedmonsters die op de juiste wijze zijn genomen bij de juiste dieren en het juiste aantal dieren, dit alles passend bij de gewenste status.Everts kan zich voorstellen dat er een gesprek komt met GD over het wederzijds erkennen van de certificaten. “Het klinkt logisch om de certificaten gelijk te stellen, want de programma’s zijn gelijkwaardig, dankzij de accreditatie.” GD zegt geen aanleiding te hebben gehad om over uitwisseling te praten. “Tot nu hebben wij daar geen tijd en energie ingestoken, omdat er geen vragen van klanten over kwamen en we ook niet nodeloos kosten willen maken. Als die vragen wel komen, kunnen we dit nader bekijken.”
Gebroeders Popken heeft zich erbij neergelegd dat ze een jaar niet veel mogen. Wel vinden zij dat GD met deze werkwijze een monopoliepositie inneemt, en dat steekt. “Waarom maakt GD het kleine hobbyhouders zo moeilijk om een zeldzaam huisdierras te fokken en de populatie gezond te houden?” Van den Brom: “We begrijpen de teleurstelling, en het is goed om kritiek te delen. Onze gezondheidsprogramma’s zijn er juist voor de houders om hun dieren gezond te houden en een veilige uitwisseling te bevorderen.”