Vernieuwd DGZK-programma

Het ‘proefjaar’ van de Duurzame Geiten ZuivelKeten is voorbij. Het programma is op een paar punten aangepast en er is een nieuw onderdeel bijgekomen: geitenhouders kunnen punten verdienen als zij aan cursussen, bijeenkomsten, workshops of evenementen deelnemen.

Op aanraden van geitenhouders zelf is het DGZK-programma op een aantal punten gewijzigd. “We hebben goed naar ze geluisterd”, vertelt programmaleider Karin van der Toorn. “De meest gehoorde opmerking ging over het verdienen van punten met workshops. Daar hebben we dus een module voor toegevoegd.”

Module workshops

Een workshop, bijeenkomst of cursus die een link heeft met een onderdeel uit het DGZK-programma kan een geitenhouder vijf punten opleveren. Dit kan een bijeenkomst zijn van een dierenartsenpraktijk, voerleverancier of bijvoorbeeld LTO. De organisator van de workshop kan deze aanmelden bij Van der Toorn, vervolgens bepaalt het platform Melkgeitenhouderij of de workshop voldoende aansluit bij de DGZK en daarmee punten waard is.

“De lat ligt niet heel hoog”, weet Van der Toorn. “Bijeenkomsten voor geitenhouders hebben al snel een link met levensduur, voeding, management. Maar ook als een zuivelonderneming in zijn ledenvergadering DGZK in zijn algemeenheid onder de aandacht brengt, levert dat vijf punten op. Of een bezoek aan het Nationaal Geiten Event. Daar zijn bijvoorbeeld stands met borstels, dat heeft een link met dierenwelzijn.” Via Z-net of Agrolink kan de geitenhouder aangeven welke workshop hij of zij bezocht heeft. Middels een presentielijst wordt dit gecontroleerd, daarna worden de vijf punten toegekend.

Aanpassingen

Op verzoek van geitenhouders is de module zoönosen flink uitgebreid. Die heet nu ook anders: zoönosen en dierziektebestrijding. “Nu zijn ook punten te behalen als er een CL- en CAE-vrij certificaat is behaald, en als kan worden aangetoond middels het bedrijfsbehandelplan dat er in overleg met de dierenarts voldoende aan zoönose- en dierziektebestrijding wordt gedaan.”

Voorheen waren de punten alleen te krijgen als er een door GD uitgegeven zoönosekeurmerk op het bedrijf aanwezig was, de mogelijkheden om op dit vlak punten te verdienen zijn nu dus uitgebreider.

Ook zijn er veranderingen in de welzijnsmonitor. Er kwamen veel reacties op het punt weidegang. Van der Toorn: “Biologische geitenhouders vonden dat dit te weinig punten kreeg, maar volgens gangbare geitenhouders kon dit punt er wel uit. Nu gaan de biologische geitenhouders zelf een module schrijven, specifiek voor hen, waarin natuurlijk weidegang is opgenomen.” Verder worden er in deze module nu ook punten toegekend als er een hygiënesluis aanwezig is en als er aan vliegen- en ongediertebestrijding wordt gedaan. De welzijnsmonitor en ook energiescan zijn daarnaast op een aantal andere punten aangepast, waardoor het invullen makkelijker is.

Sinds enkele weken is ook de module dierdagdosering operationeel. Hiervoor dienen dierenartsen de medicijnleveringen door te geven aan de MediGeit database. Middels een koppeling met het DGZK wordt vervolgens de dierdagdosering inzichtelijk voor de geitenhouder in Z-net of Agrolink.