Het nog geldende fok- en vervoersverbod in het kader van de Q-koortsmaatregelen voor de melkgeiten- en melkschapenhouderij moet zo snel mogelijk worden opgeheven. Een dergelijk besluit is verantwoord gezien het feit dat alle dieren twee keer zijn gevaccineerd en geen twijfel bestaat over de werking van het vaccin. “De geiten- en schapenbedrijven zitten als het ware vastgesnoerd, de betrokken veehouders kunnen geen kant op. Ze voelen hun bedrijf onder zich vandaan glijden. Het is onverantwoord om beide maatregelen na 1 juli a.s. te laten voortduren,” zegt Nico Verduin, voorzitter van de vakgroep LTO-Schapenhouderij.
Zijn collega Jeannette van de Ven (voorzitter vakgroep LTO Melkgeitenhouderij) denkt er precies zo over. “Het aantal nieuwe ziektegevallen is veel lager dan vorig jaar en de veehouders hebben alles gedaan wat ze konden doen. Het is nu tijd voor een nieuwe fase.” Ze vraagt aandacht voor het menselijke drama dat zich op meerdere bedrijven afspeelt: “Ook bedrijven waar de ziekte niet is geconstateerd zitten muurvast. De overheid neemt zeer ingrijpende maatregelen en de gedupeerde ondernemers mogen het allemaal zelf uitzoeken. Dat is geen gewoon eigen risico meer.”
Beide sectorvoorzitter hebben de afgelopen weken aandacht gevraagd voor de knelgevallen, die door de maatregelen van eind vorig jaar zijn ontstaan. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om bedrijven waar geen of heel weinig dieren zijn afgevoerd. Maar ook bedrijven die geïnvesteerd hebben en geen dieren mogen aanvoeren, zitten in de knel. Voor deze geiten- en schapenhouders is op korte termijn maatwerk nodig, anders gaan ze ten onder. Verder hebben de LTO-bestuurders gevraagd om duidelijkheid over de status van bedrijven, waar na 1 juni jl. een nieuwe besmetting van Q-koorts wordt geconstateerd.
De beschikbaarheid van voldoende vaccin baart de beide voorzitters ook zorgen. Naar verluidt dreigt er opnieuw een tekort. Binnenkort moeten de jonge dieren twee maal worden gevaccineerd voor ze gedekt mogen worden. Ten tijde van de laatste vaccinatieronde waren deze dieren nog te jong. Verduin en Van de Ven vinden dat er alles aan gedaan moet worden om vooral voor de melkgeiten, melkschapen en ook bedrijven met een publieke functie steeds voldoende vaccin beschikbaar te hebben. Verduin is stellig:”We moeten constant voldoende vaccins in voorraad hebben. De bestrijding van deze crisis mag niet vastlopen omdat er te weinig entstof beschikbaar is.”
Fokkerij | Gezondheid | Management