In Frankrijk zijn verscheidene geitenhouders minder geiten gaan houden om de omvang van de veestapel beter afgestemd te krijgen op de aanwezige grond, of de beschikbare arbeid. Het Franse vakblad La Chèvre noemt het een interessante manoeuvre, als eenmaal de leningen voor grote investeringen zijn afbetaald en op voorwaarde dat enkele break-even punten worden gerespecteerd.
Zelfs nu veel Franse zuivelondernemingen melk zoeken, kiezen enkele geitenhouders ervoor om de omvang van hun veestapel aan te passen aan de beschikbare oppervlakte landbouwgrond. Met minder geiten wint men aan zelfvoorziening door het benodigde voer meer van eigen land te kunnen halen en minder voer te hoeven aankopen. Minder geiten betekent ook minder arbeid. Met meer tijd om de geiten te controleren en de geiten minder dicht opeen in de stal, is het in potentie ook mogelijk om een betere gezondheid van de veestapel te realiseren.
Minimaal 150.000 liter
“Minder melk produceren om zelfredzamer te worden is niet altijd voordelig vanuit een economisch oogpunt”, zegt Nicole Bossis van het instituut de l’élevage. “Er zijn drempels in acht te nemen wat betreft aantal liters of aantal geiten per fte om een inkomen te genereren.” Uit de productiekosten en melkprijzen leidt Bossis af dat een gangbare Franse geitenhouder minimaal 150.000 liter melk moet produceren om twee minimumlonen per arbeidseenheid (fte) te genereren. Voor biologische geitenmelk geldt een minimum productie van 100.000 liter, zo rekende zij uit.
44 procent voer aankopen
De Franse geitenhouderij is minder autonoom dan andere sectoren. In 2014 bedroeg de (voer) zelfvoorziening onder geitenhouders niet meer dan 56 % – 44 procent van het voer werd dus aangekocht – tegen 85 % gemiddeld bij Franse melkveehouders.
Geitenmelkprijsvergelijking uitgevoerd door AgriMedia bv.
