Het celgetal bij melkgeiten in Noorwegen is gemiddeld 443.000 cellen per milliliter. Het wordt beïnvloed door fysiologische factoren, blijkt uit onderzoek in dat land. Het is lastig om een drempelwaarde te bepalen voor de aanwezigheid van een infectie, concludeerden de onderzoekers.
Het celgetal neemt toe als ook het aantal keren aflammeren toeneemt. Waarschijnlijk is de reden hiervoor dat oudere geiten langer blootgesteld worden aan ziekteverwekkers. Ook het lactatiestadium is van invloed. Zo hebben geiten aan het eind van de lactatie een hoger celgetal dan aan het begin. Dit is gemiddeld 1.000.000 cellen per milliliter, stelden de Noorse onderzoekers vast. Ook zijn er aan het eind van de lactatie meer infecties in de uier. Na 300 dagen in lactatie daalt het celgetal.
Een andere factor die het celgetal verhoogt, is de tochtigheid. De verhoging duurt van vijf dagen voor bevruchting tot tien dagen erna. Tot slot heeft het seizoen invloed op de hoogte van het celgetal. De onderzoekers konden echter niet bepalen welke invloed.
Drempelwaarde lastig
Het celgetal van gezonde geiten en geiten met uierontsteking kan hetzelfde zijn en ook is er tussen bedrijven veel variatie. Hierdoor is het lastig om een drempelwaarde te bepalen voor de aanwezigheid van een infectie. De onderzoekers adviseren om de waarde aan te passen aan de factoren pariteit, lactatiestadium en seizoen.