Blauwtong is een virusziekte bij herkauwers die door knutten wordt overgedragen. Rundvee vormt het natuurlijke reservoir van het virus. Klinische verschijnselen doen zich normaal gesproken bij runderen en ook bij geiten niet of in beperkte mate voor. Viruscirculatie kan bij het rund langdurig zijn, met risico op verdere besmetting van de knuttenpopulatie tot gevolg.Er is in de wetenschappelijke literatuur nog veel onbekend over de schade die een BTV-3 infectie veroorzaakt bij geiten. Vanwege de ernst van de gemelde infecties bij deze uitbraak in Nederland is een aantal geiten uitgebreid pathologisch onderzocht. Daarbij betrokken was de Begeleidingscommissie van de Monitoring Diergezondheid Kleine Herkauwers, met daarin een vertegenwoordiging van de opdrachtgevers.
Klinische bevindingen
Op basis van beschrijvingen van dierenartsen en dierhouders van geiten met BTV-3 en waarnemingen van GD-dierenartsen op melkgeitenbedrijven, lijkt het erop dat de klinische verschijnselen van BTV-3 bij geiten milder zijn dan de verschijnselen bij schapen en runderen. Waargenomen verschijnselen zijn koorts, verdikte lippen, soms uitgebreidere verdikking van de kop, oog- en neusuitvloeiing, bloedingen op en roodheid van de uierhuid en kling, afname van de melkgift, stijf- en kreupelheid, zenuwverschijnselen en verwerpen.
Het aantal zieke dieren op BTV-3-geïnfecteerde bedrijven lijkt in de regel beperkt te zijn. Toch is ondanks de mildere kliniek in vergelijking met rund en schaap, ook incidentele sterfte van geiten door BTV-3 gemeld.
Macroscopische bevindingen bij pathologisch onderzoek
Er zijn tien geiten met een verdenking van blauwtong ingestuurd voor pathologisch onderzoek. Bij zes geiten werd BTV-3 aangetoond in de milt door middel van PCR-onderzoek. Het sectiebeeld bij de zes BT-positieve dieren was variabel. Deze dieren vertoonden vocht in longen (6/6), onderhuids vocht aan de lippen, kop en/of hals (3/6), geringe zweren in de mondholte (2/6) en zweren op de penspijlers (2/6). Eén dier vertoonde roodheid van de uierhuid en spenen.
Microscopische bevindingen bij pathologisch onderzoek
Bij microscopisch onderzoek blijken de skeletspieren bij meerdere geiten te zijn aangetast door vaatwandontsteking en mild tot uitgebreid acuut skeletspierweefselverval (4/6). Tevens was er acuut spierweefselverval in de tong en slokdarm (2/6) en één dier had ontstekingen en afwijkingen in de kleine bloedvaatjes in de nieren. Bij één dier met duidelijke zenuwverschijnselen werden bij microsopisch onderzoek in de hersenen microbloedingen vastgesteld met subtiele aantasting van de kleine bloedvaatjes.
Van de geiten waarbij géén BTV-3 werd aangetoond bij pathologisch onderzoek, waren twee geiten afkomstig van een bedrijf waar BTV-3 reeds was aangetoond. Bij deze BTV-3 negatieve dieren werd een duidelijk ander ziektebeeld vastgesteld waaronder uierontsteking en Clostridium-infectie.
Conclusie
Op 7 november was op 47 (melk)geitenbedrijven een besmetting met BTV-3 aangetoond. Op zestien bedrijven is de diagnose op basis van het klinisch beeld gesteld (bron: NVWA). Op basis van contact met dierenartsen en (melk)geitenhouders wordt geconcludeerd dat ook op (melk)geitenbedrijven ziekte en sterfte door BTV-3 wordt gemeld, maar dat de mate waarin de ziekte optreedt minder ernstig is dan op runder- en met name schapenbedrijven.
De pathologische bevindingen bij geiten met een infectie met BTV-3 zijn de volgende: (milde) onderhuidse vochtophoping aan de kop en hals, soms (geringe) zweervorming in de mondholte en op de penspijlers, ontsteking van bloedvaten in de skeletspieren met acuut skeletspierweefselverval, en soms mild acuut spierverval in de tong en slokdarm. Nader onderzoek naar de achtergrond van kreupelheid volgt nog.