Het minimum aantal GVE om in aanmerking te komen voor subsidie voor het houden van zeldzame landbouwhuisdierrassen, is verlaagd. Dat maakt de subsidie voor meer dierhouders interessant.
De subsidieregeling voor zeldzame landbouwhuisdierrassen uit het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) wijzigt in 2025 de drempel voor deelname. Voor schapen en geiten wordt het minimum aantal van 1,5 GVE gewijzigd naar 0,5 GVE. Ook voor runderrassen wordt het minimum verlaagd.
Voorwaarden
Houders van raszuivere zeldzame Nederlandse schapen-, geiten- en rundveerassen die hun dieren geregistreerd hebben in een door RVO erkend stamboek, kunnen in aanmerking komen voor een financiële ondersteuning uit het GLB. Die ondersteuning is maximaal € 200 per GVE. Het minimumaantal dient per diersoort gemiddeld aanwezig te zijn. Een schaap of geit vanaf 6 maanden leeftijd telt mee voor 0,15 GVE. De geitenrassen die in 2025 in aanmerking komen voor deze subsidie zijn Bonte geiten, Witte/Saanen geiten, Toggenburger geiten en Nederlandse Landgeiten.
Zeldzaam ras
Dierhouders die in aanmerking willen komen voor deze subsidie moeten geregistreerd staan als deelnemer aan het Paraplubestand, beheert door de Stichting Zeldzame Huisdierrassen (SZH). Aanmelden hiervoor kost niets. Om voor een diervlag in aanmerking te komen, waarmee inzichtelijk wordt gemaakt dat het dieren van een zeldzaam landbouwhuisdierras betreft, dient een dier geregistreerd te zijn bij een erkend stamboek voor het ras en tenminste 7/8 deel raszuiver te zijn.
Gecombineerde Opgave
De subsidie aanvragen voor 2025 kan door tussen 1 maart en 15 mei de Gecombineerde Opgave 2025 in te vullen. Ook kleinschalige – en hobbymatige houders van de oorspronkelijke Nederlandse rassen kunnen in aanmerking komen voor deze subsidie. Alle voorwaarden voor deelname in 2025 zijn te vinden op de website van RVO.