Heeft u ook problemen met uw kiemgetal of tankcelgetal? Wanneer heeft u voor het laatst de melkmachine laten controleren? En heeft u wel eens een natte meting laten doen?
Een juiste werking van de melkinstallatie is van groot belang als u bedenkt dat uw geiten 2x daags gemolken worden en daarnaast een groot deel van uw geiten voor een langere periode. Fouten in de afstelling van de melkinstallatie kunnen voor problemen zorgen met de uiergezondheid. Gelukkig zijn er handige tips om het functioneren van uw melkmachine eens kritisch te bekijken.
De melkmachine en relatie tot uiergezondheid
De melktechniek en overige management maatregelen hebben een grote invloed op de uiergezondheid op uw bedrijf. Met melktechniek bedoelen we de wijze waarop u als melker uw geiten melkt. Draagt u handschoenen, melkt u de jonge of gezonde geiten als eerste en worden de spenen na het melken gedipt? Een goed functionerende melkmachine is daarnaast van groot belang. De tijd dat geiten worden door gemolken is steeds langer waardoor de spenen en uiers langdurig belast worden. Dit kan een slechte speenconditie tot gevolg hebben. Wanneer de spenen eeltringen vertonen of nog erger, rafelig zijn, functioneert het slotgat minder goed. Hierdoor is de natuurlijke barrière om bacteriën uit het uier te houden verstoord, en kan een infectie eerder optreden. Dit kan voor meer uierontstekingen zorgen, zowel blauwuiers als onzichtbare (subklinische) mastitis. Bij melkkoeien liet onderzoek zien dat 6-20% van de nieuwe uierontstekingen veroorzaakt wordt door fouten in de melkmachine. Bij melkgeiten wordt echter ongeveer 80% van de uierontstekingen veroorzaakt door uiergebonden kiemen als Staphylococcus aureus en CNS. Deze bacteriën worden overgedragen tijdens het melken. Het vermoeden is dan ook dat bij melkgeiten een aanzienlijk groter aandeel dan 20% van de nieuwe uierontstekingen wordt veroorzaakt door melktechniek en installatie.
Waar kunt u zelf op letten?
De afstelling van het vacuüm is van groot belang, een te hoog vacuüm zorgt voor een slechte speenconditie, een te laag vacuüm voor onvolledig uitmelken. Eén van de belangrijkste onderdelen van uw melkmachine met invloed op het vacuüm is de vacuüm regulator. Om het vacuüm op het juiste niveau te houden moet de regulator regelmatig worden nagekeken, schoon gemaakt en onderhouden. De pulsator zorgt voor massage van de spenen door het vacuüm af te wisselen met de rustfase. Wanneer er echter scheurtjes zitten in de pulsator slangen of vuil onder de kleppen of de luchtinlaten kan de pulsator niet zijn werk doen. Regelmatige en kritische controle van de slangen van en naar de melkklauw zijn uiteraard ook van belang.
Neem tijdens het melken ook eens de tijd om de spenen kritisch te bekijken. Bij een goed functionerende melkmachine horen de spenen na het melken droog te zijn. Daarnaast mag de speenhuid niet verkleurd of gezwollen zijn, of ringen hebben. De speenpunten zelf mogen niet schraal zijn. Om de speenconditie te bekijken kunt u onderstaand schema gebruiken. Score 1 is een speen met een gladde speenpunt, waarbij geen ring zichtbaar is. Bij score 2 is een gladde of gering ruwe ring zichtbaar. Bij score 3 is de ring op de speenpunt ruw, bij score 4 is deze zeer ruw en zelfs gerafeld. Niet meer dan 10% van de gescoorde geiten mag een speenconditie van 3 of 4 hebben. Heeft u teveel geiten met rafelige speenpunten? Dan is dit een duidelijke aanwijzing dat er moet worden gekeken naar de instellingen van de melkmachine.
Zoals eerder gezegd is een mooi gladde speenpunt het beste mechanisme om infectie in het uier te voorkomen. Door de spenen te sprayen helpt u dit mechanisme een handje. Het dipmiddel doodt de bacteriën die zich na het melken op de uierhuid bevinden zodat deze het uier niet kunnen infecteren. Daarnaast zal een spray met voldoende verzorgende middelen als glycerol en allantoïne de speenconditie kunnen verbeteren door de huid soepel te houden. Dippen is over het algemeen effectiever dan sprayen omdat bij dippen de spenen beter worden geraakt. Wanneer de spenen gesprayd worden is moet u er op letten dat de gehele speen rondom goed geraakt wordt. Wanneer er druppels aan beide spenen hangen is het sprayen goed uitgevoerd.
Tepelvoeringen, hoe vaak vervangt u ze?
Wanneer heeft u voor het laatst uitgerekend hoe vaak u de tepelvoeringen moet vervangen? En bent u in de tussentijd meer geiten gaan melken? Wanneer u nu meer geiten melkt dan 2 jaar geleden zullen ook de tepelvoeringen eerder aan vervanging toe zijn. Silicone voeringen moeten afhankelijk van het merk na 6.000-10.000 melkingen worden vervangen. Ook al zijn net voor vervanging geen scheurtjes met het blote oog zichtbaar, ze zitten er wel. En deze microscopisch kleine scheurtjes zijn een broedplaats voor bacteriën. Daarnaast wordt zowel rubber als silicone minder flexibel bij ouder worden, dit zorgt ervoor dat de geiten slechter leeg melken en er meer melk achter blijft. Het niet op tijd vervangen van de tepelvoeringen kost dus juist geld!
Natte meting, een nuttige investering
In tegenstelling tot de jaarlijkse “droge” meting tijdens het onderhoud wordt tijdens een “natte” meting de melktechniek beoordeeld tijdens het melken. Naast het meten van het vacuüm en beoordelen van de zuig- en rustfase worden ook de melktechniek en de speenconditie bekeken. Dit geeft een uitgebreidere maar vooral ook realistischer weergave omdat alles beoordeeld wordt op het juiste moment, onder melktijd. Het regelmatig laten uitvoeren van een natte meting is dan ook erg zinvol.